Skip to main content

Inleiding

Een korte geschiedenis

Gedurende ruim 200 jaar, van 1604 tot 1825, speelde India een belangrijke rol in de Nederlandse handel. De Nederlandse aanwezigheid in India staat echter niet op zichzelf. De VOC veroverde een plek in een al eeuwen bestaand netwerk van handel rondom de Indisch Oceaan, waarin vanuit Europa gezien de Portugezen hen al voor waren gegaan. Middelpunt van de Nederlandse handel vormden de specerijen op de Indonesische archipel, met als bestuurlijk centrum Batavia, het hedendaagse Jakarta. Textiel uit India vergemakkelijkte de VOC de toegang tot de specerijenhandel en daarmee het Aziatische netwerk. De specerijen konden geruild worden voor Chinese zijde, de Chinese zijde werd geruild voor Japanse edelmetalen en dat werd weer geruild voor Indiaas textiel. Daarbij kwamen vervolgens ook nog allerlei andere producten die zeer winstgevend waren, zoals roggehuiden uit India die naar Japan werden verhandeld. De Nederlanders veroverden zo een prominente plek in de Zuidoost-Aziatische markt.

  • Laatste update op .